We
nemen een hele grote sprong terug in de tijd. We gaan naar de vorige eeuw in Zuid-Frankrijk, Gorges du Verdon.
De zomer van 1987
Ik ben een meisje van dertien jaar. Elk
jaar ga ik met mijn ouders en broer op vakantie en vaak gaan we
naar Frankrijk. Zo ook dit jaar. Het wordt een memorabele vakantie
door alle kleine en grotere rampen die plaats vinden in de periode
dat wij daar verblijven.
Het
is natuurlijk avontuurlijk als je veel meemaakt op een vakantie maar
ze kunnen het overdrijven van hogerhand. Die zomer hebben we te maken met een slang in de diepe beek op de
camping, een verdrinking in het stuwmeer, een helikopter die
neerstort tegen een bergwand en een barre wandeltocht.
De
Gorges du Verdon is een prachtig en imposant gebied. Het straalt af van
de vele foto's op internet en je voelt het als je het gebied in
levende lijve ziet. Hoe grillig het ook kan zijn, weten we aan het
eind van de vakantie.
Slang
De
camping lijkt op elke andere doorsnee camping in Frankrijk, ware het
niet dat we ditmaal gezegend zijn met een vrij diepe beek die dwars
door het terrein loopt. Een bruggetje over de beek voegt de twee
delen van de camping weer samen. Elke dag spelen vele uren lang
allerlei argeloze kinderen in die beek. Het water is koud maar
vanwege de temperatuur op het droge een lekkere verkoeling. Onder het bruggetje
bouwen we dammen. Campinggasten die hun flessen frisdrank aan een
touw in het water koud houden, missen soms inhoud. Af en toe pakt een kind, inclusief ik, in een onbewaakt ogenblik en daarbij schichtig om zich heen kijkend, de fles en zet deze aan zijn mond.
Een paar
dagen na onze aankomst is er commotie op de camping. Een slang is gesignaleerd in
de beek! Ik loop nieuwsgierig naar het bruggetje waar een groepje mensen zich heeft verzameld. Als ik dichterbij kom, zie ik waar ze omheen staan. Een levenloze zwarte slang. Uit het water gehaald en doodgemaakt. Hoewel ik daarna
gewoon weer in de beek gestaan heb, voornamelijk vanwege jeukende
uitslag op armen en benen door een spontaan ontstane zonne-allergie, is de
onbevangenheid weg. Ik blijf aan dat enge beest denken. Elke keer houd ik het water scherp in de gaten. Voor het geval een ander exemplaar komt aandrijven.
Verdrinking
Af
en toe rijden we met de auto naar het stuwmeer een x aantal kilometer verderop. Ook daar speelt zich die vakantie wat af. Het eerste
verhaal betreft de verdrinking van een volwassen man. Hij is met zijn
twee kinderen in een kano midden op het meer omgeslagen. Het
lukt hem zijn kinderen weer in het vaartuig te zetten maar zelf is hij
door het ijskoude water te onderkoeld geraakt. Hij overleeft het
niet maar is wel de held van de zomer.
Neergestorte
helikopter
Een
andere dag komen we net terug van een vaartocht in de roeiboot op het meer. We treffen grote consternatie aan. Een hele groep mensen staat op het strand, voorop een vrouw die met een hand boven haar ogen naar de bergen tuurt en een paar agenten verspreid door de groep. Wat blijkt: je kunt rondvluchten maken over het gebied in een helikopter maar die dag is het mis gegaan. Een helikopter is tegen de bergwand geklapt. Vier
inzittenden plus de piloot zijn dood. De vrouw met haar gefixeerde blik is de echtgenote van de piloot. Als we naar de camping terug rijden, zien we de bewuste
helikopter kapot tegen de bergwand rusten. We zijn allemaal onder de indruk en zwijgend bereiken we de camping.
Barre
wandeltocht
Mijn
ouders komen op het idee een bergtocht met ons te gaan maken. Een pittige tocht waarvoor je minstens twee liter water per
persoon nodig hebt. Wij moeten met acht liter water op pad. We
vertrekken in de duisternis.
Het begint plezierig. We gaan bergafwaarts langs een slingerend pad. Een mooie omgeving met beneden aangekomen een beekje met
heerlijk verfrissend water. We zijn niet de enigen met de ingeving deze tocht te doen. Achteraf gelukkig maar want ergens op de route, samen met twee andere groepjes, raken we per ongeluk het spoor bijster. We belanden in een moeilijker tocht. Van stevig wandelen gaan we over in berg beklimmen.
Dat
varieert van bij een rots omhoog getrokken moeten worden door een
voorganger tot steil naar beneden lopen op een pad waar kiezels liggen, zonder je ergens aan vast te kunnen houden. Daar raak ik in de
problemen. Door de afdaling heb ik de vaart er enthousiast in.
De kiezels beginnen
onder mijn voeten te schuiven en ik word als het ware 'meegenomen', richting afgrond. Instinctief laat ik me na een paar meter op mijn knieën vallen. Ik
zit zo dicht op de rand dat ik alleen maar mijn hoofd een stukje vooruit hoef te steken om overheen te kijken. Dan staar ik in de gapende afgrond. Ik besef, ongewoon stoïcijns, dat als ik me niet had laten vallen het niet goed met mij afgelopen zou zijn.
De
dieptes in de Georges du Verdon zijn namelijk enorm! Ik word geen slachtoffer van dit gebied. Alleen
twee hevig bloedende geschaafde benen hou ik eraan over. Het kost ons twee liter
water om ze schoon te spoelen. We moeten door want we zijn nog lang niet aan het eind van de route. Deze duurt nog uren en gaat ook halverwege door een donkere tunnel met troebel water. Op sommige plaatsen komt het tot halverwege je
scheenbenen maar dat vind je als kind wel spannend.
Aan
het eind van de route komen we tot de ontdekking dat we helaas niet een soort ronde hebben gemaakt waarbij je weer aan de start eindigt. De auto staat daar wel. Wat nu? Een heel eind sjokken we door de brandende zon,
want onze energie is zo'n beetje op, in de hoop dat we gauw ergens
op een bus kunnen stappen, terug naar de auto.
Van uitputting gaan we liften en belanden met zijn vieren opgepropt achterin een Mini van
een Frans stelletje. Mijn moeder is zo dankbaar dat ze de hele tijd
'Merci, Merci beaucoup' als een litanie blijft herhalen. In het eerstvolgende dorpje
aangekomen staat een bus. Is het een bus die wij moeten hebben of
juist niet? Tegen de tijd dat we denken van wel, rijdt deze net weg. Het is de schuld van mijn vader, vindt mijn moeder. Daarom wordt hij op een
strategisch punt geparkeerd en wij wachten achteraf, verdekt
opgesteld, tot hij een lift krijgt. Een vrij grote auto met
Nederlandse kentekenplaten stopt. Het oudere duo wil mijn vader
wel meenemen. Alsof dat het startsein is, rennen wij met zijn drieën verfomfaaid en bezweet op ze af, waardoor het echtpaar vreemd opkijkt. Waar komen zij zo snel vandaan?
Het is pikkedonker als we met onze eigen auto het campingterrein weer
oprijden.
Ik
heb nog nooit zoveel heftige dingen tegelijk tijdens een vakantie
meegemaakt. Gelukkig kan ik het navertellen.
Bron
foto's: Phonk.net, tourisme83.com, georges-du-verdon.fr,
writethisway.org
Geen opmerkingen:
Een reactie posten